Begin november 2011 heb ik een korte, maar intense cultuurreis gemaakt
naar de Eifel in Duitsland om verborgen kunstschatten te ontdekken en
deze op foto vast te leggen. De prachtige herfstkleuren waren in deze
dagen op hun mooist en dat maakte deze reis ook landschappelijk heel
bijzonder. Voorzien van een goede cultuurgids en een handzame camera
trok ik in het spoor van de 19e-eeuwse romantische landschapschilders
door dit fraaie stukje buitenland,  eigenlijk zo dichtbij ons land gelegen. 
Mijn reisverslagen, voorzien van een aantal foto's, zijn hieronder te lezen.
Onder  'Foto-albums' in het menu hiernaast kun je de hele fotoreportage
vinden. Veel kijk- en leesplezier!



| Intro | Reisgenoten... | Allerzielen | Op zoek naar de stilte... | De landschapschilders achterna... | Weer terug naar huis... |

                                          




        Intro: De Eifel, stille oase in Europa's kloppend hart, dinsdag 18 oktober

                  Binnenkort vertrek ik al weer voor de 3e keer naar dit o zo dichtbije stukje
                  buitenland, dat -hoewel ingeklemd tussen belangrijke historische steden en
                  verkeerswegen- nog altijd een van de meest bijzondere natuur- en cultuurstreken
                  van Duitsland is. Natuurlijk kent het gebied zijn toeristische hoogstandjes, maar
                  ik zet in op het weidse, stille land vol van elegie en geschiedenis dat het hart van
                  de romanticus sneller doet kloppen. Voor menigeen is de Eifel nog steeds een witte
                  vlek op de landkaart en je kunt je afvragen hoe deze streek, in het hart van Europa,
                  zo met rust kon worden gelaten? Aan het landschap kan het niet liggen: eindeloos
                  voortrollende heuvelruggen, verstoord door vulkaanbreuken die de kenmerkende
                  kegelbergen vormden, maar ook diepe, cirkelvormige kratermeren deden ontstaan.
                  En dan zijn er de rivieren en beken die aan de randen van het gebied hun uitslij-
                  pende werk deden en het middelgebergte met diepe dalen doorsnijden. Ook aan het
                  aanbod aan kunst en cultuur kan het niet liggen: gelegen tussen de keizersteden Trier          
                  en Aachen was het gebied niet alleen graanschuur en jachtgebied voor deze twee
                  keizerlijke residenties, ook werden hier machtige kloosters gesticht en vele burchten
                  opgericht. Talloze kastelen, kerken, altaarstukken en fresco's zijn er te ontdekken
                  en die vertegenwoordigen een grote historische en culturele rijkdom. Het heeft on-
                  getwijfeld van doen met de Eifel's positie als grensland, als oorlogs-doorgangsgebied,
                  als legerkwartier en Westwall- frontgebied. Sinds de 16e-eeuw was er nauwelijks
                  een generatie die niet in oorlog was met aartsvijand Frankrijk. Zo werd de Eifel tot
                  Duitsland's armengebied dat haar cultuurschatten zorgvuldig verborgen hield. Deze
                  te ontdekken en aanschouwen is mijn missie. Ik kies voor het stille seizoen wanneer
                  alleen de late druiven nog aan de wijnstokken hangen, wachtend op de eerste nachtvorst
                  en in de bossen de lariksen fel oranje kleuren. Wanneer het rumoer van de wijn-
                  feesten al lang is verstomd en het landschap in de late herfst nog met goudpenseel
                  bestreken wordt. Ahrweiler in het romantische dal van de Ahr wordt mijn uitvalsbasis
                  en vandaar zal ik verslag doen van mijn belevenissen...


                 
Reisgenoten..., vrijdag 28 oktober
     
B.C. Koekkoeks-Haus, Kleve                                                                                    Eifellandschap met kerkje - B.C. Koekkoek

                    
                  Bijzonder genoeg begint mijn reis naar de Eifel in het Koekkoek Haus te Kleve waar ik
                  een bezoek breng aan de tentoonstelling “Een Romantische Kijk” van de (Jef) Rademakers
                  collectie, een verzameling Vlaamse en Nederlandse romantische schilderijen die eerder in
                  de Hermitage in Sint Petersburg te zien was. Uiteraard vormen voor mij de landschappen
                  het hoogtepunt van deze tentoonstelling, vergezichten met heuvels en dalen, gevangen in de
                  tijd, met indrukwekkende boompartijen en fijnzinnig licht. Gestoffeerd met wandelaars,
                  reizigers, jagers en herders met hun dieren. Klein gehouden om de grootsheid van de natuur
                  te benadrukken. De nietige mens op zijn plaats gewezen. De natuur als kunstwerk dat ons
                  vervult met gevoelens van eerbied voor de Schepping. Vaak oogstrelend, maar soms ook
                  dreigend, met een zweem van geheimzinnigheid en het streven om het tijdelijke iets eeuwigs
                  te geven.....
Hier in het woonhuis van de grootste Nederlandse romanticus Barend Cornelis
                  Koekkoek sta ik voor zijn schilderij “Eifellandschap met kerkje” en in gedachten verplaats
                  ik mij in tijd en locatie en trek ik met de meester mee door het Ahrdal , een reis die de
                  schilder inderdaad zelf heeft ondernomen en heeft beschreven in zijn “Herinneringen en
                  Mededeelingen van eenen Landschapschilder” uit 1841. Veilig achter glas ligt ook dit boekje
                  op de tentoonstelling. Zou dit mijn reisgids kunnen zijn op mijn komende ontdekkingstocht
                  door het Eifellandschap anno 2011?


Bij iedere schrede, als het ware, neemt nu het Ahrdal eene romantischer gedaante aan. De boorden der
rivier zijn op vele plaatsen, voornamelijk langs den zuidelijken oever, zeer wild begroeid; loodregt
verheffen zich de rotsen uit den bruisenden stroom, verscheidene puntachtige bergtoppen,.waarom hier
en daar nog een morgennevel is blijven hangen, schuiven voorbij elkander en leveren door de wolkschaduwen
of het invallende zonlicht de schoonste effecten.’


                   Ik laat het kostbare boekje virtueel in mijn reistas glijden, waardoor ik mij verzekerd
                   weet van een stukje veilig verleden van waaruit ik ‘de bevallige leugen’ -zoals Koekkkoek
                   zijn schilderkunst noemde- kan toetsen aan de ‘virtuele’ werkelijk van vandaag de dag.
                   Poëtische stemming van lichte weemoed versus kille occupy-reality en verder. Ik kies on-
                   voorwaardelijk voor het eerste. Ik hoop mijn gelijk de komende dagen te kunnen bewijzen...



          
'Herinneringen en Mededeelingen van eenen Landschapschilder' van B.C. Koekkoek (1841)



             Allerzielen, dinsdag 1 november

                   Het is Spätherbst in het Eifelland. Op weg ernaar toe rij ik, als door de herfstplaten van
                   een kalender. Onder bogen door van goud, waarboven het zonlicht in duizend stralen uiteen-
                   spat en al het blad nog intenser doet kleuren. Van geel tot diep rood, afgetekend tegen het
                   zwart van vers geploegde aarde en het vermoeide koper van de afgesneden maïs. Het groen
                   heeft allang zijn biezen gepakt. En dan is er ook nog de stilte: Arvo Pärt’s “Für Alina” op
                   de autoradio doet zelfs te tijd even stilstaan. Vertraagt de gestage stroom waarin de bla-
                   deren nu van de takken loskomen. Dit is misschien wel het meest intieme moment van de herfst.
                   De natuur ontdoet zich van haar kleurig kleed en toont haar beginnende naaktheid. Uitdagend,
                   voor even nu, in het
besef dat snel alles weer gehuld zal zijn in mist en nevel of bedekt met de
                   eerste sneeuw.

  
       
Nideggen - Dürenertor                                                                                             Nideggen - Sankt Johann Baptistkirche 

                  Komend uit de uitgestrekte bossen tussen Aken en de Rur-Eifel laat gegrom onder de
                  motorkap weten dat het middelgebergte zich nadrukkelijk aandient en ik rij langzaam
                  het geheel ommuurde stadje Nideggen binnen. Niet echt binnen, want de strenge Dürener
                  Tor dwingt mij te voet te passeren en de auto achter te laten. Het neerlaten van het zware
                  valhek staat onverbiddelijk op het overtreden van dit gebod. Ik neem de oplopende straat
                  naar de markt met het 15de-eeuwse marktkruis en ga vandaar verder omhoog naar de vesting,
                  een machtige burcht gebouwd vanaf het einde van de 12e eeuw door de Graven von Jülich als
                  onneembaar steunpunt tegen de bisschop van Keulen in de strijd om het bezit van Zülpich.
                  De muren van de burcht werden verlengd en zo kwam het stadje geheel binnen de versterking
                  te liggen. Van de 4 stadspoorten zijn alleen de Dürener Tor en de Zülpicher Tor bewaard
                  gebleven. Via een poort betreed ik het burchtterrein en binnen de muren bezoek in de ro-
                  maanse Sankt Johann Baptistkerk, die in dezelfde tijd als de burcht werd gebouwd en geheel
                  werd opgetrokken uit rode zandsteen, zo karakteristiek voor dit stadje. Ik vergaap mij aan
                  het prachtige interieur, aan de kleurenpracht van het fresco in de apsis van het koor (1250),
                  aan de serene eenvoud van het zuiver romaanse kruis (ca. 1220) en de gotische houtsculpturen,
                  zoals de Madonna met kind uit 1313 en een Johannes de Doper uit 1330. Een bundel invallend
                  licht strijkt langs het Jesuskind. Al bijna 700 jaar. Het kind kijkt neer op de tombe van Graaf
                  Wilhelm IV. von Jülich en zijn vrouw Ricarda. Zelfs deze tombe is verminkt. Net als de graaf
                  en zijn zonen die in 1278 in Aken verslagen werden. De mens is blijkbaar niet in staat zichzelf
                  te redden...


     
Nideggen - Sankt Johann Baptistkirche, Majestas Domini                                                     Tombe Wilhelm IV en echtgenote


       
                                    Piëta (ca. 1400)                                      Crucifix (1220)                                        Heilige Maagd met kind (1313)


                  Vanaf de burcht heb ik een schitterend uitzicht over de omgeving, en inderdaad: ik ben weer
                  in de Eifel! Ik trek verder naar de oude Romeinse vesting Tolbiacum, het huidige Zülpich,
                  waar ik op zoek ga naar de kloosterkerk op het terrein van de psychiatrische kliniek Mariaborn.
                  Hier zou zich een 12de-eeuwse romaanse Madonna met kind bevinden, een kleine omweg meer
                  dan waard. Nonnen in het zwart schuiven mij voorbij op weg naar het kloosterkerkhof, want
                  morgen is het Allerzielen. De graven van de kloosterzusters worden voorzien van lichtjes en
                  gesierd met witte bloemen. Blijkbaar zijn de zielen van deze overledenen ook niet zonder zonden.
                  Ze bevinden zich in het vagevuur en wachten op hun loutering om voor God te kunnen verschijnen
                  en in de hemel te worden opgenomen. Bemiddeling en voorbeden van de levende zusters kunnen
                  misschien helpen de schulden van de doden te verlichten en hun tijd in het vagevuur te verkorten.
                  Of hoopt men op een tijdelijke terugkeer, waarbij de lichtjes de weg moeten wijzen? Veel
                  patiënten lopen buiten in de herfsttuin. Ook zij zijn de weg kwijt, daar helpt geen gouden middag-
                  licht aan. Opvallend veel bloeiende, witte rozen hier...


    
Nideggen - burcht                                                                                                        Zülpich - Kloosterkerk Marienborn


                  Ik dwaal door het voormalig kloostergebouw. Lange, lege gangen. ‘Beata solitudo, sola beatitudo,
                  alleen de stilte leidt tot zaligheid’ Ik zie deuren van spreekkamers, dokters voor het zielenheil.
                  Een vitrine met een crucifix wijst me de weg naar de kerk. Geen romaanse Madonna met kind, wel
                  een deerniswekkende Piëta. Een man, eigenlijk een kind nog, uit zijn lijden verlost, in de armen van
                  zijn moeder. Hoe toepasselijk kan een omgeving zijn?


      
Zülpich - Kloosterkerk Marienborn, Piëta                                                                                           Ahrweiler, Allerzielen


                  Bad Münstereifel en Altenahr sla in over vandaag. Mij te druk. Tegen vijven meld ik mij bij
                  Hotel Garni Schützenhof te Ahrweiler. Het weerzien is hartelijk. Heb een mooie kamer aan de
                  voorkant. De zon strooit nog altijd met goudwarm licht wanneer ik vanaf mijn balkon de straat-
                  scène gadesla: links het kerkhof waar honderden mensen druk doende zijn met het zielenheil van
                  hun overledenen. Vannacht zullen er honderden lampjes en kaarsen voor hen branden. En mocht men
                  tijdelijk terugkeren, dan wijzen de lichtjes richting Ahrtor, de vriendelijke stadspoort aan mijn
                  rechterhand, die altijd toegang geeft tot wat aards vertier. Zonder aanziens des persoons...


            Op zoek naar de stilte..., woensdag 2 november

                  Het is haasten om voor het donker terug te zijn. Ik weet mij achtervolgd door de invallende
                  duisternis en opkomende nevelslierten wanneer ik door de bossen afdaal van de Hohe Acht,
                  met zijn 747 meter het hoogste punt in de Eifel. Draaien en keren, misschien rij ik wel te hard.
                  Geesten doemen op in de bundels van mijn koplampen en slaan uiteen tegen de oranje tunnel
                  waarin ik voortsnel. Een onverwacht spannend einde van een dag die in het teken stond van de
                  serene stilte en de zoektocht naar Genoveva, dochter van de hertog van Brabant en getrouwd
                  met graaf Siegfried. Toen de laatste gehoor gaf aan een oproep om ten strijde te trekken tegen
                  de Saracenen, stelde hij voor zijn mooie vrouw onder de bescherming van zijn vertrouweling,
                  ridder Golo te plaatsen. Huilend voorvoelde zij haar droevig lot, waarna Siegfried haar bescher-
                  ming bood door de Heilige Maagd zelf. Siegfried was nog niet vertrokken of Golo probeerde haar
                  wellustig te verleiden. Geen middel werd door hem geschuwd, in een door hem zelf geschreven
                  brief werd verteld dat Siegfried op zee was omgekomen. Maar in een droom liet Maria de gravin
                  weten dat Siegfried nog leefde. Bovendien bleek dat Siegfried, vlak voor dat hij op kruistocht
                  ging, een kind verwekt had bij zijn vrouw. Toen bekend werd dat de graaf al op terugtocht was,
                  ontstak Golo in grote woede en probeerde het vege lijf te redden door Siegfried te laten weten
                  dat het kind van de kok was. Buiten zinnen ging Siegfried in op Golo’s voorstel moeder en kind te
                  laten verdrinken, maar de knechten die het vonnis moesten uitvoeren konden dit niet over hun hart
                  verkrijgen en lieten de twee ongedeerd in het bos achter. Na zes jaren kwamen Siegfried en
                  Genoveva elkaar bij toeval tegen tijdens een jachtpartij van de graaf en kwam de waarheid boven
                  tafel. Het gezin werd herenigd en Golo gevierendeeld. Uit dankbaarheid voor haar jarenlange be-
                  scherming liet de gravin in het bos een kerk voor Maria bouwen...

 
                 
                               Genoveva van Brabant - Moritz Retzsch (begin 19e eeuw)


                 Ik ben in Fraukirch, een eenzaam kerkje naast een morsige boerenhoeve. In het open land,
                 het bos is allang verdwenen. Evenals Golo’s trawanten: een biertent hangt bijkans tegen de
                 kerkmuur aan. Er heerst hier volmaakte stilte. Zelfs de hoge bomen houden hun bladeren nog
                 even vast. Ik open de kleine zijdeur en vrijwel onmiddellijk gaat mijn blik naar een prachtig
                 altaarstuk met daarop afgebeeld de hele Genoveva-legende. Een steenreliëf van pure, volkse
                 kunst. Op de grafplaats achter in de kerk staan een ridder en zijn vrouw afgebeeld, Siegfried
                 en Genoveva. En honderden verzoeken aan Maria om hulp: ‘Heilige Moeder Maria, spreidt uw
                 alles beschermende mantel over ons uit…’ Ik wil niet achterblijven en voor ik de Fraukirche
                 verlaat steek een kaarsje aan bij het Mariabeeld: ‘Zolang het brandt, blijf ik nog even, hoewel
                 ik allang weer onderweg ben... Op mijn reis door de tijd...


       
Kerkje van Fraukirch                                                                                                                       Siegfried en Genoveva


       
                                   Fraukirch - interieur                               Altaarstuk met Genoveva-legende (1665)                                               Mariabeden


                 Deze brengt mij vervolgens naar Bassenheim aan de rand van het Rijndal, op zoek naar de
                 “Ruiter van Bassenheim”, een reliëf in lichtgrijze zandsteen uit 1239, voorstellende de
                 “mantel-legende”, een voorstelling die de christelijke naastenliefde symboliseert. De ridder
                 die zijn mantel deelt met de armen is een voorbeeld van christelijke barmhartigheid, die
                 –hoewel de vorm is veranderd- ook in onze tijd nog voortbestaat. In de schemer van de
                 parochiekerk kijk ik naar het paard en de ruiter, naar het zwaard dat doelbewust de mantel
                 verdeelt. Naar de bedelaar die naar zijn helft grijpt: het straalt allemaal leven uit, doet
                 jezelf meeleven en dwingt tot bezinning. Deze St.-Martinus doet me denken aan de Sint
                 Maarten maaltijd thuis: het gedoe met de veldsoep, de lange rij goeddoorvoede wachtenden,
                 de klompendansers in de kerk, het hele circus compleet. Ik kan een glimlach niet onderdrukken.
                 De zandstenen Martinus ook niet. Voor het eerst sinds 1239…



                
                                                                Bassenheimer Reiter (1239)


                      

                      
                                                                                 Mayen - > Marktplatz met Genoveva-burcht en Rathaus
                                                                                                       > Scheve toren van de Sankt Clemenskirche
                                                                                                       > Brückentor

                  Rond de levendige stad Mayen wijst alles op basalt. Deze poreuze lavasteen wordt in
                  de omringende bergen gewonnen en gebruikt als goed te bewerken bouwmateriaal. Ik
                  neem de weg omhoog naar Ettringen en na een paar kilometer rij ik op een dam dwars
                  door een voormalige vulkaankrater. Wanneer ik later terugloop naar de groeve en mid-
                  denop over de reling naar beneden kijk, opent zich voor mij een grandioos panorama,
                  een mengeling van oerlandschap en industrieruïne. Aan de rand van de bizarre, loodrechte
                  rotswanden staan nog de oude kranen van waaruit nog kabels hangen en tandwielen steken,
                  terwijl diep beneden de vegetatie allang is teruggekeerd. Opnieuw prachtige herfstkleuren,
                  afgetekend tegen het zwarte basalt. De kranen als verstilde wachters uit een ver verleden…



                                  Basaltgroeve Ettringer Bellberg


                 Klik op de onderstaande thumbnails om in een nieuw venster de 3D-foto's te openen
                 die ik in de basaltgroeve van de Ettringer Bellberg heb gemaakt. Voor het diepte-effect
                 is wel een rood - cyaan brilletje nodig, dat ik desgewenst graag toestuur. Meer weten over
                 mijn 3D-fotografie? Klik hier!


        


"Fast drohend erhebt sich im Norden über Mayen der Ettringer Bellberg, ein mächtiges Kraterrund,
das nach zwei Seiten von Lavaströmen aufgebrochen wurde und nun daliegt wie in seinen eigenen Laven
ertrunken" - Frieder Sauer


                  Hier vloeide het gloeiende gesteente van de voormalige vulkaan ongeveer 3 km tot in de
                  straten van Mayen, alvorens het stolde tot basalt.  Bijna over deze gehele lengte is eeuwen-
                  lang dit poreuze en makkelijk te bewerken materiaal uit de lavastroom gedolven. De grote
                  bedrijvigheid die dat met zich meebracht heeft hier een imposante groeve van grote af-
                  metingen achter gelaten. Het donkere basalt is in de gebouwen van Mayen en in die van de
                  verre omgeving terug te vinden. De Brückentor is hier een mooi voorbeeld van.


      



Mayener Bellberg


                 In de namiddag geniet ik van de stilte in het bijna uitgestorven Monreal. Ik waan mij in
                 een landschapsschilderij met daarop smalle steegjes van een vakwerkstadje dat zich aan
                 de nauwe oevers van een riviertje nestelt, omgeven door bosrijke hoogtes, en met twee ruïnes
                 en een oude parochiekerk als blikvangers. Zou Koekkoek tot hier gekomen zijn? Deze kaap
                 ik voor zijn neus weg: mijn camera maakt overuren. De middeleeuwse bruggen over de Elz,
                 -de middelste versierd met een kruis gedragen door 4 leeuwen en een beeld van de heilige
                 St.-Nepomuk- , de vele vakwerkhuizen aan het stroompje, het hoogaltaar in de parochiekerk,
                 niets ontsnapt aan mijn aandacht:


                   
                
                 Monreal - Vakwerkhuizen, burcht, St.-Nepomuk, gedenkteken met leeuwen, riviertje de Elz

                     
                 En dan ontmoet ik ook nog een oude liefde: het stationnetje! Duidelijk zijn beste tijd gehad,
                 mogelijk niet meer in gebruik als zodanig. Ik denk aan een woongroep, gezien de entourage
                 er omheen. Toch stopt er even later een trein. ’n Man met snor en rugzak stapt in. Ik blijf
                 nog even, eet een verlate lunch. Laura heet het meisje dat bedient. Italiaanse schoonheid met
                 een gezicht als een madonna. Zou Genoveva kunnen zijn. Droevig lot hier vast te zitten in dit
                 speelgoedstadje. Laura heeft moeite met mijn wisselgeld en laat het briefje van 20 achteloos
                 op mijn tafeltje liggen. Even denk ik… nee, ik ben geen Golo en… red Genoveva. Ook hier ein-
                 digt het met een glimlach...


       
Monreal - station



            De landschapschilders achterna..., donderdag 3 november

                  Vandaag toont de herfst een heel ander gezicht. De wind komt uit de westhoek, speelt eerst
                  nog pak-me-dan met de opwaaiende bladeren, om ze dan al snel zonder enig mededogen op een
                  hoop te smijten. Gekleurde slierten trekken over straat en eindigen daar waar de luwte enige
                  bescherming biedt. Het staat op regenen. Grijs wordt aan het palet toegevoegd en verhardt
                  de kleuren. Ik aanschouw de Eifel deze dag goeddeels vanuit de auto, met David Sylvian als
                  metgezel: een perfecte mix in melancholie. De vele stille zijdalen zijn vandaag helemaal van
                  mij en die deel ik slechts met herten, roofvogels en wat verdwaald vee dat nog in de velden
                  staat. Ik volg het riviertje de Ahr vanaf zijn oorsprong in Blankenheim tot in Ahrweiler, maar
                  ben zijn loop voortdurend ontrouw als zich weer een kerkje of mooi uitzichtpunt aandient.
                  Zo brengt een zijstroompje mij naar Kesseling, waar op een vooruitstekende rotspunt de
                  dorpskerk over het plaatsje uitkijkt. De steile voetweg er naartoe is een kruisweg, geen
                  slechte opgave om
deze dag te beginnen. De beloning is een prachtig barok altaar, dat eerder
                  de abdij van Maria Laach
sierde. Ook hier steek ik een kaarsje aan: ‘Dieses Licht, das leuchtet,
                  ist ein Zeichen meines Gebetes,
das ich fortsetzen möchte während ich weitergeh…’  Rondom de
                  kerk is nog maar net plaats voor de
overleden dorpelingen, jammer dat zij niet langer kunnen
                  genieten van het prachtige uitzicht over
dit verlaten gebied.

                         

                 
                  Dorpskerk van Kesseling                                                    Interieur
                                               Barokaltaar                                        Ligging op vooruitspringende rotspunt
                                                


                  En verder trek ik, in weldadige eenzaamheid, langs de Herschbach gestaag omhoog naar
                  het hoogste punt van vandaag op precies 620 meter. Door wonderschoon gekleurde bossen,
                  waarin nu bij elke windvlaag een gordijn van bladeren naar beneden komt. Dan weer wijken
                  plotseling de bomen en ontvouwt zich voor mij een breed panorama onder de jagende wolken.
                  Duidelijk zijn aan de horizon de oude kegelvormen te herkennen van de eertijds in dit gebied
                  aanwezige vulkanen. De natuur hier is gul geweest voor haar bewoners: de akkers zijn vrucht-
                  baar, het bronwater is er zuiver en er zijn voldoende gesteenten om te bouwen. Terwijl ik
                  naar de licht gekromde verte staar onderga ik de absolute stilte. Uren zou ik hier kunnen door-
                  brengen, de rauwe schreeuw van een roofvogel die hoog boven mij cirkelt, is dan slechts een
                  accent, geen verstoring van deze perfectie. Wanneer ik even later weer afdaal in het bos,
                  weet ik mij omarmd door dit Eifel-landschap, door zijn dalen, door zijn hoogten, en langzaam
                  geeft het mij zijn schatten prijs…


      
                                                                                          In het Herschbachtal        In de Vulkaaneifel


                  In Blankenheim ontspringt de Ahr, in een onaanzienlijke put, en stroomt geulbreed langs
                  de vele fraaie vakwerkhuizen van het stadje, uitgeleide gedaan door de heilige Nepomuk…


      
                                                                                 Blankenheim, bron van de Ahr      Blankenheim, vakwerkhuis

                   Ik vlucht voor de regen de donkere H. Maria-Hemelvaartkerk binnen en ook hier ontdek
                   ik een aantal prachtige kunstschatten, zoals het monumentale, laat-gotische houtsnijwerk-
                   altaar uit 1545 en een bijzondere houten preekstoel waarvan de toegangstrap in de muur
                   is verwerkt. Opvallend zijn ook de grote apostelfiguren uit het einde van de 16e eeuw die
                   de ribben van het gewelf lijken te dragen.


     
Blankenheim, H. Maria Hemelvaartkerk




                 Ik blijf nog wat hangen in Blankenheim, ondanks de regen. De straten en steegjes lopen op
                 en af. Veel schilderachtige plekjes met vakwerkhuizen. Ik loop door de Hirtentor de
                 Zuckerberg op, ik kan het fotograferen niet laten... De bron van de Ahr zelf is een beetje
                 een teleurstelling: op een pleintje, tussen vakwerkhuisjes, ontspringt de rivier onder een
                 bronhuis uit 1726. Nu is het er rustig, in het hoogseizoen ongetwijfeld een toeristische
                 kermis. Dat men van hieruit het mooiste zicht op het plaatsje heeft, met zijn vakwerkhuizen,
                 parochiekerk en helemaal boven de burcht, zal menigeen ontgaan...


    
Blankenheim, HirtenTor (1404)


Schilderachtig Blankenheim


                  Door dalen met brede weidegronden, omgeven door beboste hoogten, gaat het stroompje door
                  dit mensverlaten landschap. Ik volg het als een hond die zijn baas voor de voeten loopt: eerst
                  links, dan weer rechts, nu eens van boven, dan weer op gelijke hoogte. Bij Müsch verlaat even
                  het dal op zoek naar het gehucht Kirmutscheid, niet veel meer dan een kerk, een pastorie en een
                  schoolgebouw. Ik wil mij laten imponeren door het verstilde kerkinterieur met zijn beschilderd
                  gewelf en op het altaar, in zandsteen, de bewening van het dode lichaam van Christus bewonderen.
                  Dat is mij niet gegund, de eerste kerk die voor mij gesloten blijft… Geen levende ziel te bespeuren
                  hier. Ik moet het doen met wat verbleekte foto’s bij het toegangshek. Wanneer ik tegen beter
                  weten in nog een keer de deurkruk uitprobeer, fluit de wind mij nadrukkelijk terug naar de auto.



     
Kirmutscheid


                  In Schuld zie ik de Ahr weer terug, nu stromend door een breed dal, en ondanks het gestreepte
                  asfalt voor de wielen, kost het mij geen enkele moeite mij voor te stellen, hoe verlaten dit dal er
                  in voorgaande eeuwen moet hebben uitgezien. Geen toeristen, alleen reizigers te voet. O ja, en in
                  de 19e eeuw natuurlijk ook de schilder van landschappen! Barend Cornelis Koekkoek deed het en
                  met hem vele andere romantici. Zelf zou ik ook graag eens… …Ik stop op een mooi punt, pak mijn
                  camera, en rijg een fraai panorama in elkaar. Zo doe je dat in de 21e eeuw! Terug met beide benen
                  op de grond…






                 Het toerisme is er ook weer terug, tussen Altenahr en Ahrweiler. Want deze streek is bijzonder: het
                 noordelijkste gebied van Europa waar nog wijnbouw mogelijk is. Het is moeilijk niet onder de indruk
                 te raken van de hoge, steile hellingen die volstaan met wijnranken, vaak op de meest onmogelijke plaat-
                 sen van waar mens en machine nog een goede druivenoogst proberen binnen te halen. De plaatsjes tussen
                 Altenahr en Ahrweiler zijn typische wijnbouwersdorpen, met alle commercie die daar bij hoort:
                 Kellerijen, wijnproeverijen en wijnfeesten op momenten dat er nog geen druif is binnengehaald.

                 Waren de onderste meters boven het maaiveld maar weg te gummen… Wat dan zou overblijven zijn
                 volgens B.C. Koekkoek: ‘de heerlijkste natuurtafereelen. Zij brengen de gevoeligen mensch in harmonie
                 met dezelve, en doen gewaarwordingen in de ziel geboren worden, die het hart verheffen, het kunstgevoel
                 ontgloeijen…’
* De camera blijft maar verder in de tas. Ik onderging vandaag de bekoring van het eerste
                 stuk van de rivier, dan weer kronkelend tussen de hoge rotsen, maar even verder weer stromend in een
                 breder dal. Laat men hier zijn zorgen maar wegdrinken met een goed glas wijn. Ik heb baat bij de rust
                 en het indrukwekkende natuurschoon van de bovenloop van de rivier. Maar ik kan het niet ontkennen:
                 de wijn is van grote klasse! Op mijn hotelkamer schenk ik mijzelf, zonder wroeging, een Walporzheimer
                 Klosterberg Spätburgunder in. Lieblich, dat wel…


                 * Uit: ‘Mijmeringen en Mededeelingen van eenen Landschapschilder’ (1841) – B.C. Koekkoek


           Weer terug naar huis..., vrijdag 4 november
                                                                 
                                                                           
                  Ik kan de Eifel niet loslaten op de dag van mijn vertrek naar huis. Ik blijf nog wat aan het
                  noordwestelijk voorland hangen, daar waar de heuvels wijken en een bredere horizon zichtbaar wordt.
                  Dorpen als Elsig, Frauenberg en Frauwüllesheim liggen, door hoge bomen beschermd tegen de wind,
                  in de open ruimte. De lucht is knisperend, veel modder op de wegen, want het is oogsttijd, het gewas
                  gaat van het land. Aardappelen, maïs, kolen en bieten worden door machine of mensenhand binnengehaald,
                  diepe tractorsporen in de losse bovenlaag zijn er de stille getuigen van.





                 De rit er naartoe is van een onbeschrijfelijke schoonheid: Bij Liers neem ik afscheid van de Ahr
                 en klim langzaam in het dal van de Liersbach omhoog. Ik ben terug in mijn herfstkalender. Misschien
                 zijn dit wel de mooiste kilometers van mijn ontdekkingstocht… Aan het eind van de vallei slinger ik steil
                 omhoog en is mij nog eenmaal een blik gegund op dit bergland, in al zijn pracht en praal, als cumulatief
                 hoogtepunt van wat de natuur vermag. Het vervolg van de tocht naar Bad Münstereifel is als de kers
                 op de taart. Eeuwig zingende bossen met bladeren die, vallend van tak naar tak, zich bewegen als
                 muzieknoten op een notenbalk, tegen een klankbord van hoog oprijzende, altijd groene naaldbomen.

 
     
       In het Liersbachtal       Elsig, Heilig Kreuzkirche


                 In het dorpje Elsig sta ik voor een gesloten Heilig Kreuzkirche, maar na aangebeld te hebben
                 bij de pastorie, gaat een vriendelijke mevrouw mij voor met de sleutel en ik betreed de oorspronkelijk
                 11e-eeuwse basilica, nu bewaard gebleven als laatgotisch kerkje met kleurrijk decoratieve, middeleeuwse
                 muurschilderingen en gewelfversieringen. Prachtig is ook het geschilderde drieluik met voorstellingen uit
                 het lijdensverhaal. Weer een parel toegevoegd aan mijn ontdekkingen…




Elsig, interieur Heilig Kreuzkirche


                Hier in het vlakke land liggen de kunstschatten werkelijk voor het oprapen. In Frauenberg vind ik
                in de parochiekerk St. Georg naast romaanse ook gotische elementen en ook weer de laatgotische
                gewelf- en muurversieringen. Ik maak een foto van een aandoenlijke aanbidding van het Jezuskind.
                Deze door der tijd flets geworden muurschildering zal dit jaar mijn kerstwens sieren… Ook hier
                een prachtig geschilderd vleugelaltaar en een romaans houten Crucifix uit 1160, die nog zijn originele
                kleuren draagt. Het hangt of staat hier allemaal zo maar, in dit door het katholieke geloof doordrenkte
                land.



Frauenberg, interieur parochiekerk St. Georg


                  Pronkstuk in deze kerk met zijn gotische en romaanse delen is zonder twijfel het Triptychon,
                  een geschilderd vleugelaltaar uit de laat-Keulse School (ca. 1480). Kenmerkend hierbij zijn de
                  prachtige kleuren, de geidealiseerde personen en de zorgvuldige composities. Met enige gêne
                  betreed ik het altaar om dit kunstwerk in panorama vast te leggen... Een schildersjongen,
                  aan het werk in de kerk, waardeert mijn belangstelling. Alle hoop voor de jeugd is dus nog niet
                  verloren… Buiten, tegen de kerkmuur, hangt de jeugd en speelt met hun mobieltje.
                  Andere interesses…





     
Frauenberg, Parochiekerk Sankt Georg


                  Langzaam begint de lucht te betrekken uit het zuidoosten. Mijn laatste reisdoel is de kerk
                  van Frauwüllesheim, een juweel van puur gotische architectuur, en hoewel het gebouw uit 1300
                  gesloten blijft, geniet ik van de elegante vormen en de perfecte balans tussen muurvlakken en
                  de hoge vensters die als filigraanwerk oplichten in de laatste zonnestralen. Hier stel ik mijn navi
                  in op ‘naar huis’ en verlaat ik definitief de Eifel, het blauw volgend naar het noorden…


      
Pure gotiek in Frauwüllesheim


                 O ja, bij Zülpich toch nog even afgeslagen en langs de psychiatrische kliniek Mariaborn
                 gereden, want met de speurzin van de afgelopen dagen wil ik zeker weten de tronende
                 Moedergods in de voormalige kloosterkerk niet gemist te hebben. De sokkel waarop dit
                 indringende 12e-eeuwse beeld zou moeten staan is inderdaad leeg. De ‘Hovener Madonna’
                 is naar Keulen. Naar een tentoonstelling over Middeleeuwse beeldende kunst. Net als ik,
                 die de afgelopen dagen zo genoten heb van al het moois dat de Eifelstreek te bieden heeft,
                 hebben ook heiligen recht op hun uitje…



Zülpich, Mariaborn - Hovener Madonna




   * Met dank aan iedereen die mijn reisverslagen met interesse gelezen heeft!
  ** Foto's werden gemaakt met een Samsung L100 digitale camera
*** Foto's, panorama's en 3D-opnamen: Baseck Inc./Marco Polo Productions - © Timeflyer 2011